Pokémon GO: Zo maak je augmented reality populair, maar voor hoe lang?
‘Location based’, zo’n term die alleen in bepaalde vakkringen gemeengoed is. Enkele jaren geleden bedoelden we dan bijvoorbeeld applicaties als Foursquare, waarmee je op bepaalde plekken kon ‘inchecken’ en badges verdienen. En een berichtje achterlaten. Maar het miste, naar mijn mening, iets. Locatie-data was in mijn idee veel meer geschikt voor ook mini-game op diezelfde plek. In 2011 dacht ik toen nog aan een manier om reviews te geven, door een soort ultieme samenvoeging van augmented reality applicatie Layar en voorgenoemd Foursquare. U moet het me maar vergeven, ik was destijds marktonderzoeker, inmiddels is natuurlijk duidelijk dat het een pure game, Pokémon GO, moet zijn.
Eindelijk augmented reality met Pokémon GO
Pokémon GO, officieel nog niet eens uit in Nederland, verovert in rap tempo de wereld. Het zorgt zelfs al voor problemen door de (niet oplettende) grote groepen spelers.
We waren hier al een beetje opgewarmd met de Albert Heijn dino’s van Freek Vonk, maar Pokémon GO lijkt dan echt de doorbraak van augmented reality te zijn. Het is een product van Niantic, de maker van het spel Ingress. De app is in veel opzichten een eenvoudiger versie van die voorganger, waarvan het ook de locatiedata leent. U raadt het al: dat is tevens de kracht.
Ingress was veel abstracter, en bracht desondanks al miljoenen spelers op de been. Het aanmaken, veroveren en behouden van checkpoints in de ‘echte wereld’ voor een groen en een blauw team was innovatief, maar voor mij persoonlijk weinig sprekend. Sneller dan met de meeste games kreeg je toch het geval “waar ben ik nu helemaal mee bezig?”. De gebruikersinterface is voor de hard-core gebruiker wellicht goed te doorgronden, maar oogt ook al weinig toegankelijk. Hoe anders is dat voor Pokémon GO die dezelfde principes gebruikt voor het vangen van Pokémon (in plaats van abstracte items in Ingress) en het ophalen van items bij Pokéstops en het met elkaar houden van Pokémongevechten in gyms, net als in de vorige games en de televisieserie.
Dieren, verzamelen, en voer ophalen. Dat begrijpen we tenminste. Via een kinderlijke, en dus kinderlijk eenvoudige interface. Dat Pokémon de facto om een fantasievariant van hondengevechten gaat heeft nooit iemand tegengehouden, dus het platform explodeert dan ook op een manier die niemand verwacht had.
De zomerhype van 2016
Pokémon GO zou wel eens dé zomerhype van 2016 kunnen worden. De vakanties beginnen net, dus je hebt ruim de tijd om buiten Pokémon te verzamelen. Bovendien is het de vraag hoe lang het concept ‘leuk’ blijft. Het aantal gebruikers is binnen een dikke week overigens al zo groot dat ook ‘voorbij de hype’ er een flink aantal over zal kunnen blijven.
Bij veel spellen sluipt op een gegeven moment het besef van de betrekkelijkheid binnen. Wat je er doet, heeft alleen waarde binnen het spel. Een gevoel dat overigens niet geheel terecht is: je prestaties binnen een spel geven je ook in de ‘echte wereld’ status, aanzien, of tenminste een bepaalde positie. Maar dat is -denk ik- niet het hoofdprobleem van spellen als GO.
Het ‘one world’ principe
Voor dat hoofdprobleem moeten we terug naar Foursquare. (Wie gebruikt het nog?) Het frusterende voor mij was dat een paar hard-core gebruikers altijd bovenin de lijstjes stonden. Winner takes all: diegene die bizar veel tijd ineen spel steekt wordt beter, slimmer en heeft meer kracht in het spel. Staat dus overal bovenaan, met het gepeupel onder hem. Zelfs in eenvoudiger gamestatistieken als die bij Fourquare. In je vriendenlijstje stonden al snel die paar spelers altijd bovenaan.
Het probleem is het ‘one world’ principe: er is maar 1 spelwereld, die verder niet gedifferentieerd wordt. Had je bij online shooters nog gameservers voor ‘n00bs’, hier moet iedereen het vooralsnog rooien in dezelfde wereld. De gematigde speler kan de illusie op ooit ‘mayor’ worden in Foursquare al snel vergeten, en het gevaar bestaat dat de ervaring van een gym ‘winnen’ in Pokémon GO ook al snel niet voor de casual speler is weggelegd. Laat staan voor diegene die één keer wil meedoen.
Rustiger gebieden die oninteressant zijn voor de grote spelers, zoals bij MMORPGs, bestaan (vooralsnog) ook niet.
Oplossingen zijn deels al aanwezig: net als in Ingress verzwakt een ingenomen punt (Een Pokémon gym, in het nieuwe spel) na verloop van tijd weer. Dus op een onbewaakt moment kun je als slimme zwakke speler hopelijk alsnog je slag slaan. Maar is het genoeg?
Het spel laat in ieder geval wel zien hoe locatie-gebaseerd én augemented reality wél populair kan worden. Over het sociale aspect van nieuwe vrienden via digitale middelen hebben we het maar een andere keer, trouwens.